Bijdrage Vaessen VvGB Café den Dolhaart


28 mei 2024

Voorzitter,

Zoals eerder aangegeven delen wij de voorgestelde rooskleurigheid omtrent het plan niet. Wij zetten nogal wat vraagtekens bij de voornemens. En dan met name omtrent hetgeen terloops genoemd werd in een bijzinnetje: het Didam-arrest.

Een snelle rondgang leert dat het vaste rechtspraak is dat ‘een bestemmingsplan niet behoort te regelen door welke gegadigde het moet worden uitgevoerd’.[1] Gelet op het gelijkheidsbeginsel moet immers ruimte geboden worden aan alle potentiële gegadigden om mee te kunnen dingen naar het onroerend goed. Het toeschrijven van het bestemmingsplan naar één potentiële gegadigde is dan ook niet toegestaan; het is in strijd met het gelijkheidsbeginsel.

En dit laatste is belangrijk. Dat maakt niet alleen de overeenkomst vernietigbaar; het maakt ook het bestemmingsplan onuitvoerbaar. En daartoe is de raad het bevoegde gezag. De weilanden zijn misschien drassig, maar wat voor een modderfiguur zouden we dan slaan. Of zoals het elders al treffend werd genoemd: de juridische trukendoos moest open.

Een bestemmingsplanwijziging zou driekwart jaar duren. Het zou ons niet verbazen als we over driekwart jaar tot eenzelfde conclusie komen zoals nu geschetst wordt. Een gewaarschuwd mens telt daarbij voor twee.

Voorzitter, begrijp ons niet verkeerd. Wij dragen de ponyclub een warm hart toe. En wensen hen een plek waar zij duurzaam kunnen verblijven. Wij denken echter dat het huidige plan onhaalbaar is.

Wij vragen ons dan ook af waarom er niet voor een andere constructie gekozen is? Waarom is er door het college niet voor gekozen om te bemiddelen tussen de verkoop van Mergelweg 260 aan de ponyclub? Dan komt er een overeenkomst zonder de gemeente tot stand, en is Didam in zijn geheel niet van toepassing. Daar is het nu echter te laat voor.

Voorzitter, dat maakt dat wij blijven bij ons eerdere standpunt van een halfjaar geleden. Wij denken dat het nog steeds het beste is om de bestemming van de huidige locatie van de ponyclub te wijzigen. Daarmee krijgt de ponyclub niet alleen eindelijk duidelijkheid, maar ook kunnen voorzieningen getroffen worden voor de ponyclub. Het aanbrengen van opstallen zou ook nog eens waarde verhogend werken voor de eigenaar van de grond: de gemeente.

Omtrent dat idee hebben wij een halfjaar geleden een motie aangehouden. Wij zijn benieuwd hoe de wethouder momenteel aankijkt tegen dat idee. Zeker met het vermoeden dat het plan omtrent de Mergelweg 260 niet gaat slagen.

Voorzitter, ik rond af. En daarmee wil ik mij bedienen van de woorden in de geest van Cato de Oude: ceterum censeo equos manere. Oftewel: de pony’s moeten blijven.

Dank u wel.


[1] ABRvS 20 april 2022, ECLI:NL:RVS:2022:1157, rov. 9.4; zie ook ABRvS 13 juli 2022, ECLI:NL:RVS:2022:1992, rov. 10.2.